Jongdementie – Erkenning als handicap
Er is de laatste jaren meer aandacht voor jongdementie. Bij dementie op jonge leeftijd treden de eerste symptomen op voor de leeftijd van 65 jaar. Ondanks deze grotere aandacht is de problematiek zeker nog fel onderschat in Vlaanderen. Voor Vlaanderen ligt het aantal personen dat aan deze aandoening lijdt volgens een voorzichtige schatting op zo’n 1800. En het effect van jongdementie op een jong persoon is anders dan op een 70-plusser. Jonge personen staan nog met beide voeten in het actieve leven, hebben jonge kinderen, werk, engagementen,….
Jongdementie is een proces in verschillende fases, een proces dat soms stagneert en waarbij soms zelfs een verbetering wordt vastgesteld, maar altijd gaat de neerwaartse spiraal verder. De eerste acht jaar is er geen besef dat men aan de aandoening lijdt. Daarna kan men nog zo’n vijf jaar, al dan niet met professionele ondersteuning, thuisblijven. In de laatste periode van twee jaar is er externe, professionele zorg vereist want de mantelzorger kan dit alleen niet meer aan. Eens men in die laatste fase zit, gaat men vaak naar een woonzorgcentrum.
“Dat laatste is alleen maar goed als een dergelijk centrum hiervoor een werking en/of wooneenheid heeft opgericht die gespecialiseerd is in deze opvang. Sinds juli 2019 komt de overheid voor 25 euro per dag tussen voor de residentiële opvang in dergelijke units
en subsidieert men bijkomend een half voltijds personeelslid per 10 personen. Omwille van de specifieke zorgen die deze nog actieve groep nodig heeft, dient deze begeleiding opgetrokken te worden tot 3,27 VTE per 8 bewoners”, aldus een woordvoerder van de Zorgcirkels Jongdementie.
De aandoening wordt momenteel niet erkend als handicap. Indien deze erkenning er zou komen, geeft die recht op het broodnodige persoonsvolgend budget. Zo kan men ook dagopvang betalen. De betrokkenen betalen hiervoor 37 euro per dag, maar met een
vervangingsinkomen van 850 euro is dat onbetaalbaar. Nu komen heel wat mensen die lijden aan jongdementie in financiële problemen. Een betere ondersteuning van overheidswege is zeker nodig. Momenteel organiseren verschillende initiatieven een aanbod, maar daarvoor moeten ze zelf de boer op om financiële middelen te verzamelen. Het moet de bedoeling zijn dat het dergelijke initiatieven zijn die de nodige steun ontvangen van de overheid om deze problematiek te ondervangen.
Zal de minister in overleg gaan met zijn federale collega om de aandoening jongdementie te laten erkennen als handicap?
Zo ja, welke stappen zal de minister daartoe zetten?
Indien de minister geen initiatieven neemt, wat is zijn motivering om dit niet te doen?